Hier vind je meer info over:

• Wat is PADEL?
• Spelregels
• Materiaal

Wat is PADEL?

Padel is oorspronkelijk ontstaan in Mexico. Enrique Corcuera had in Amerika tennisterreinen gezien met muren. Hij was erg geïnteresseerd en besloot zelf zo’n baan aan te leggen in Mexico. Helaas was de baan te groot voor in zijn tuin. Daarom besloot hij de baan aan te passen. Het bestond uit twee muren van drie meter hoog, in het midden een net en langst de zijkant gesloten, als een hekvorm. Om de bal te slaan gebruikten ze houten peddels. In 1974 nodige Enrique een spaanse prins, zakeman en vriend (Alfonso van Hohelohe) uit om deze nieuwe sport uit te komen testen. Hij was erg geïnteresseerd in de sport en nam het idee mee naar spanje en bouwde al snel 2 velden in zijn wel gekende clubs (marbella club). Al snel werd het populair in de groot steden van Spanje en werden er meer padelbanen aangelegd. Op 25 juli 1991 vormt zich in Madrid de International padel Federation en in mei 1993 werd padel erkent als officiële sport. Sindsdien worden er elk jaar in Madrid de internationale kampioenschappen gehouden. (Oorsprong, z.d.)

In 2012 is de eerste padelclub in Oost-Vlaanderen geplaatst. Een paar jaar later in 2019 is er grote stijging in de populariteit van padel. Sindsdien is de populariteit alleen maar meer gestegen en blijft het stijgen in Vlaaderen. (Dedecker & Vandersloten, z.d.)

Spelregels

Padel is qua spelregels zeer gelijkend met tennis. We focussen ons hier op drie belangrijke aspecten namelijk het scoreverloop, opslag en spelverloop. Het scoreverloop komt nadeloos overeen met dat van tennis en verloopt in game, set en match. Echter zit hem wel een klein verschil in de opslag. Wat het spelverloop betreft is dit totaal anders aangezien we ook op een divers veld spelen. (Spelregels Padel – Tennis Vlaanderen. (z.d.).)

• Scoreverloop

Het scoreverloop bij padel is overeenkomstig aan dat van bij tennis. We passen hier ook 15, 30, 40 en game, met deuce bij 40-40 toe.

• Opslag

Wanneer men serveert gebeurt dit in een wedstrijd padel altijd onderhands nadat men de bal één keer heeft laat botsen achter de servicelijn. Op het moment dat je balcontact maakt met het racket moet dit contactpunt onder heup- en navelhoogte zijn. De bal moet telkens diagonaal geserveerd worden zoals in tennis. De serveerder mag in geen enkel geval springen of de servicelijn overschrijden voor het contactpunt met de bal. De bal moet rechtstreeks landen in het servicevak van de diagonale tegenspeler en mag daarna de metalen structuur niet raken, het glas of de muur wel. Zoals bij een wedstrijd tennis wordt er een eerste en tweede opslag gehanteerd. Raakt de bal het net bij de opslag en valt deze in het servicevak van de diagonale tegenspeler zonder de metalen structuur te raken voor de tweede bots, dan wordt de opslag herspeeld. OPGELET!: als de opslag na het raken van het net botst in het andere servicevak of de metalen structuur raakt dan geldt dit als een foutieve opslag.

• Spelverloop

Bij padel moet de bal telkens over het net op de speelhelft van de tegenspelers gespeeld worden. Tijdens een punt mag de bal slechts eenmaal de grond raken. Een speler heeft de keuze om de bal rechtstreeks over het net te spelen of deze eerst te laten botsen, deze laatste keuze mag echter niet tijdens de return. Zodra de bal eenmaal in het veld gebotst heeft mag deze alle wanden van het terrein één of meerdere keren raken. De bal rechtstreeks tegen het hekkenwerk of glaswerk slaan is een foutieve slag. De bal kan ook via het speelveld over de wand (por quarte) of hekwerk (por tres) worden gespeeld.

Materiaal

Racket

Er zijn in totaal 3 soorten racket vormen bij padel, de diamantenvorm (kopzwaar), traanvorm (centraal) en ronde vorm (greepzwaar).

Het materiaal waaruit een padelracket bestaat is voornamelijk grafiet, carbon of fiber. Een heren racket is gemiddeld zwaarder dan een vrouwen racket (heren = 370-385gr) (vrouwen = 355-370gr).

Het padelracket heeft een maximale lengte van 45,5cm en maximale breedte van 26cm. Elk racket kan variëren binnen deze gegevens afhankelijk van leeftijd en het niveau van de speler. Het belangrijkste aspect bij elk racket is de sweetspot. Dit is de plaats waarbij het balcontact resulteert in een maximale respons voor een bepaalde inspanning. Het raken van de sweetspot heeft als gevolg een grotere impuls bij een bepaalde slag.

Padelkledij

De kledij is overeenkomstig met die van de tenniswereld. We zien echter wel een verschil bij het schoeisel dat men draagt bij padel. Hierin maakt men een onderscheid tussen twee soorten: de omnizool en de visgraatzool. De omnizool zorgt voor een betere zijwaartse verplaatsing en geeft meer grip op een padelterrein. De visgraatzool heeft meer mogelijkheid tot glijden en is bij gevolg voor meer advanced spelers.

De padelbal

Padel wordt gespeeld met een bal, gelijkend op die van tennis. Maar er is een verschil tussen de twee. De padelbal is lichter en kleiner dan de tennisbal. Als we kijken naar de druk merken we dat deze in een padelbal ook lager is dan een tennisbal. De druk ligt tussen 1,78 en 2,01 bar

Terrein

Voor enkel spel wordt er gespeeld op een terrein van 6 op 20 meter waarbij een net het veld in twee splitst. Voor dubbel spel is het terrein 10 meter breed en 20 meter lang en een net dat het veld in twee splitst. Elke speelhelft is onderverdeeld in drie vlakken: het achterveld en de twee servicevelden aan het net. De lijn tussen de twee velden heet de middelijn en de achterste lijn heet de basislijn. Het veld is volledig omringd door een kooi gemaakt uit beton of glas waar ter hoogte van het net een uitgang is. Als laatste hebben we nog de ondergrond. In de meeste gevallen is dit kunstgras, maar beton of gravel zijn ook een optie.