Waarom kies je voor wandelsokken?
Je kiest voor wandelsokken om geen blaren te krijgen. Om blaren te vermijden moeten jouw wandelsokken zorgen voor:
- minder wrijving,
- betere afvoer van het vocht.
Dat komt omdat wandelsokken:
- gemaakt zijn van wol, wat het vocht goed opneemt, en kunstvezels, wat dan weer zorgt dat de sok vochtregulerend, waterafstotend en sneldrogend is. Gebruik geen gewone katoenen sokken, omdat katoen slecht vocht opneemt en afvoert,
- naadloos zijn,
- bescherming hebben aan de hiel en de tenen,
- een goede pasvorm hebben, waardoor ze mooi strak aansluiten op de voet.
Een goede pasvorm!
Een wandelsok die voor iedereen als gegoten zit bestaat niet. Je bent bij aankoop dus grotendeels aangewezen op je eigen gevoel en voorkeur. Waar hou je rekening mee?
- Een te dikke/warme sok zal eerder irriteren dan een te dunne sok.
- Koop sokken nooit te ruim. Dan gaan ze plooien waardoor wrijving en blaarvorming kan ontstaan.
- Koop je sokken niet te krap. Ook dit kan zorgen voor schuurplekken of drukpunten.
- De sok moet hoger zijn dan de schacht van de schoen. Anders kan deze tegen de enkels schuren.
Passen, maar…
Een goede pasvorm is zo belangrijk. En toch kan je zelden of nooit een sok passen in de winkel.
Wat kan je doen zonder de sok aan te trekken?
- Kijk: breed of smal, dik of dun, naadloos of verdikte naden (die voor wrijving kunnen zorgen)…
- Voel: voelt het weefsel prettig aan?
- Maat: De maat staat vermeld op de sok. Maar een sok is vaak geschikt voor meerdere maten. Je herkent dit ook wel: ‘maat 35 tot 41’ of ‘maat 41 tot 46’. Je zal maar maat 35 of 41 hebben. Wat doe je dan? Probeer dan dit oude trucje: Probeer de sok om je vuist, met de duim naar binnen, te vouwen. Als de hiel en teen elkaar raken zonder de sok uit te rekken, heb je de goede maat te pakken.
